Buitenhuis – Huis en haard

De open woonruimte is bijna 20 meter lang. Langs die lengte ontstaat variatie, zowel in ruimte als in gebruik. Met impressies als deze kunnen hoogleraar en architect zich in een vroeg stadium inleven in het buitenhuis, jaren voor realisatie. Ze besluiten de drie hoge volumes te benadrukken: de trapwand rechts, de keuken midden, en de haard links.

Allerlei materialen worden virtueel toegepast. De trapwand is hier een groenwand, maar na schoonbeton succes in de kelder wordt deze wand definitief schoon. De keukenkast is hier in blauwstaal, maar eindigt uiteindelijk in eiken. De haard gaat van blauwstaal naar zwartstaal en verandert van vorm.

Jaren later staan hoogleraar en architect samen met de staalbouwer voor een uitgetimmerd haardvolume. De detaillering van het zwartstaal kan nog vele kanten op. Ze discussiëren over vouwen, knippen, diktes, naden, sterkte, en zelfs de zuurgraad van handen. Samen met de uitgebreide voorkennis van huis en haard bepalen ze een heldere koers.